het geweten dat verstoppertje
speelt in het slijk
of het verstand dat met staart
tussen benen
de schreden volgt van lijfbehoud
(ach, het hart daar gelaten immers
is de lichtekooi ten prooi gevallen
aan het aardse)
maar we ijlen over vrede en vrijheid
terwijl we tussen beren
korte termijn broodjes smeren
lekker brunchen
is de rest te ver van ons bedshow
is er niemand meer die luistert
het geluid hoort, het luiden,
de grote Gong zeg maar
dat het beiert, het beiert inderdaad
en wij staan erbij en kijken ernaar