zoals koffers worden getransporteerd
op zwarte automatische banden
voel ik mij op lege luchthavens verloren
waar gras ontspruit op de erfenis
van de mens; en de mens zelf
als droog onkruid wordt afgevoerd
een wind fluimt bloedig rood
als langs de zijlijn een vliegtuig breekt
de zon het hart van een jongen
laat pulseren in zijn nog jeugdig lijf
- in ’t sterven breken machines als stro
en verrot vlees als afgevallen lover
eens keert alles aan twijgen terug
als bedauwde diamanten oorringen
hangen zij als zoete verzen op mijn lippen
en woekeren als mals jong gewas over mijn denken
wanneer ik winterdagen vergeet
lente nieuwe leven baart