Ik heb dat gedicht deze zomer geschreven, had juist dat tafereeltje gezien, maar helaas vond ik mijn gedicht niet meer terug, was de titel vergeten, geniet ervan!
De korte broek drager
’t Is ook ronduit contraproductief,
zo’n korte broekdrager op kantoor.
Die mag dan wel vleselijk op het werk zijn,
in zijn gedachten is hij elders.
In zijn tuin, op een terrasje, aan zee,
op Kreta, in Acapulco, eender waar,
maar niet op het werk.
Hij is, zoals hij daar onderuitgezakt In zijn stoel
de blote benen uitgestrekt op een
laag kantoormeubeltje,
de armen nonchalant langs de rugleuning
van de stoel bengelend,
één beweging verwijderd van de volstrekte
overbodigheid: de arm die
vanuit de elleboog lui omhoog gaat,
eindigend in een ten hemel wijzende
wijsvinger, aldus een fris glas bier
bestellend bij de net passerende
hoofdboekhouder.
Claire Vanfleteren ©