In een doolhof van woorden de waarheid verloren.
Bij de blik in haar ogen jezelf bedrogen.
In de palm van je hand jou tranen laten drogen.
Het gewicht van je hart op de snede gebogen.
De schuld op de weegschaal van je geweten gewogen.
Verdwaald in de duisternis van het licht strompelend tot het lot van de biecht.
Van zodra het kruis werd geheven was de laatste strijd gestreden.
Het kwade door gebeden verdreven.
Door de dauw vanuit de mist gereinigd door de zegen.
Schenkend vanuit de lauden een zalig en godsvruchtig leven.