Slaat uw deuren open (Schiller)
Ook het redeloze wezen, het duistere dierlijke leven
van een zweem van vrijheid voorzien:
Het dapper gebrul van de leeuw galmt door de woestenij
en de overvloedige energie geniet van haar doelloos vertoon,
waar begeerte ontbreekt in het lied van de merel.
De Trojanen storten uit de lucht, eerst zacht
vervolgens luider, als een vlucht krijsende kraanvogels:
de overmoed van blinde kracht,
waar Grieks bloed rustig, en met edele pas de vorm doet overwinnen.
Behoefte baarde het kwaad.
Alleen schoonheid maakt de hele wereld gelukkig
en ieder wezen vergeet zijn beperkingen
zolang het haar bekoring ondergaat.
De smaak leidt de kennis onder de open hemel,
waar de leeuw gebonden ligt aan de teugel van de liefde.
Miljoenen fijnbesnaarde zielen verloren in ’s werelds heksenketel:
zoekend naar hun eigen achtertuin.