Nu de kou langzaam wegdrijft,
zie ik dikke buikjes in bomen
en struiken hangen.
De zon lacht minzaam
om het broze ongeboren leven.
Zij wil graag op kraamvisite komen,
maar de moeders zijn nog niet zo ver.
Jong leven is prachtig.
Het golft zo mooi.
De vogels in de toppen
roddelen en raden
wat het zal worden.
Ik kan niet wachten om op kraamvisite
te gaan.