Een schoenmaker
bleef bij zijn leest,
breidde daarom niet uit,
gaf zijn zaak, daardoor de geest.
Wat een boer niet kent,
dat vreet hij niet,
daarom geen nieuwe veranderingen,
voorwaar ging zijn boerderij failliet.
Een melkboer liep
niet buiten zijn wijk,
want zijn motto was,
in een andere buurt krijg je gezeik.
De agent schreef bekeuringen
om zo te halen zijn quoot,
kreeg een schrijvers burn-out,
ging daarmee naar de kloot.
De ijscoman verkocht
alleen maar ijs,
een bal gehakt was taboe,
patat al helemaal niet wijs.
De onderwijzer gaf kennis door,
maar op een lamlendige manier,
nu is hij we en dat is vreemd,
want het raam staat op een kier.
De trambestuurder remde
op een kruising helaas te laat,
en heden ten dage is hij daarover
nog steeds hartstikke kwaad.
De slager verkocht geen stukje schaap,
voor het allochtonen feest,
werd voor racist uitgemaakt,
nu is zijn slagerij er geweest.
En natuurlijk de chirurg
en zijn assistent,
één mislukte operatie,
dicht is die EHBO-tent.
De taxichauffeur reed z'n klanten,
steevast naar het verkeerde adres,
ze vonden hem in de sloot,
liggend op een mes.
Dan de brandweerman, die kwam
subiet als het alarm afging,
rende via de brandladder omhoog,
raakte verstrikt in de brandslang en helaas hij hing.
De timmerman kende zijn vak,
hamerde er lustig op los,
zijn collega niet, die sloeg mis,
ons timmermannetje was de klos.
De schilder, verfde raamkozijnen,
als een acrobaat op drie hoog,
gleed over zijn eigen werk uit, verdween
naar beneden in een schilderachtige boog.
De brugwachter, alert en attent,
draaide de brug de hele dag op en neer,
een moment in de verkeerde volgorde,
prompt stond het vast het, al het verkeer.
De parkeerwachter lette zeer goed op,
bekeurde iedereen die fout stond,
helaas ook een passerende wandelaar
en die sloeg hem toen subiet tegen de grond.
De toerist genietend van zijn vakantie,
raakte verstrikt in deze woelige stad,
waardoor hij vanwege de nervositeit,
helaas de tijd van zijn trein vergat.
En tja, de busbestuurder, reed
keurig zijn route heen en weer,
doch door de verstikkende drukte,
wist hij het opeens niet meer.
De winkeljuffrouw sloot op tijd,
volgens de winkel wet haar shop,
maar werd nog net overvallen,
haar dagopbrengst werd een flop.
De stratenmaker was op de Dam,
druk aan het fixen van de keien,
maar had volgens zijn werkbriefje
moeten stenen in de de straat Jan Pieter Heijen.
De schipper op de pont, varend
tussen Amsterdam centrum en A'dam Noord.
had stiekem een paar borreltjes gedronken,
viel pardoes laveloos overboord.
De marktkoopman leurde met zijn goed,
sleet luid schreeuwend zijn waar,
keek in zijn portemonnee en dacht, verdomme
voor vandaag ben ik nog lang niet klaar.
De kroegbaas opende zijn tent,
liet zijn wachtende klanten binnen,
dacht straks zijn ze bezopen, maar
nu tenminste nog bij hun zinnen.
De muzikant op de hoek van de straat,
tetterde luid en gehorig zijn lied,
doch niemand luisterde naar hem,want
hij zong alleen maar over zijn eigen liefdesverdriet.
De pizzabezorger reed als een bezetene,
natuurlijk steevast door het rood,
bij zijn laatste bestelling nog even extra gas,
werd zijn bestemming helaas de dood.
De postbode liep keurig zijn ronde,
briefde al zijn enveloppies in de bus,
zijn werk was een makkie, alleen
bij mensen met honden werd het soms een hele klus.
Een wethouder van deze stad,
had al menig zwart geld geïncasseerd,
het was weliswaar niet cosher, maar ja
hij was dan ook voor burgemeester gepasseerd.
De stadsarchitect had bij een opdracht,
de schoorsteen ondersteboven gezet,
kwam omdat hij toen stomdronken was,
dus even niet goed opgelet.
De vuilnismannen van dit gehucht,
zagen geen afval over het hoofd,
alleen hondenpoep lieten ze liggen,
hadden ze samen met elkaar bekokstoofd.
De honden daar en tegen dachten er het hunne van,
lieten dus ook alles maar liggen op de stoep,
kijk, de mensen kunnen ons allerlei kunstjes leren,
maar niet het opruimen van ons eigen hondenpoep.
De schuld van dit alles
kreeg de burgemeester van dit oord,
werd daarom door een
woedende menigte zomaar vermoord.
Nu zult U zich afvragen, wat
is de moraal van dit onzinnige verhaal,
juist, er komt een tijd,
dat het over is, voor ons allemaal.