Wat een avond,
Wat een nacht,
Wat een morgen,
Alles ging los,
Er was weinig tot niets,
Nee, niets meer verborgen,
Je zachte lijf,
Kronkelend in mijn handen,
Als ik de liefde met je bedrijf,
Je knappe gezicht,
In de morgenstond,
Het schemerlicht,
Dit was genieten tot de laatste snik,
Och jee,
Het staat op mijn netvlies gebrand,
Alles, en bovenal je blik,
Ik wilde dat er geen einde aan kwam,
Het voelde onwerkelijk,
En als ik er aan terugdenk,
Krijg ik weer knikkende knieƫn,
Alsof ik bijna verlam,
Godverdomme mooie vrouw,
Je bent geweldig, fantastisch,
Godverdomme,
Ik denk dat ik van je hou.