Wat ben jij mooi,
nu je daar zo ligt...
Uitgeput, alsof je in slaap gevallen bent,
en nu eindelijk je ogen dicht...
Rondom je mond een vage glimlach,
alsof je zeggen wil; het is goed.
Mijn schat, vaak zo geminacht,
door alles en iedereen om je heen...
Wat ben jij mooi,
nu je even niets doet,
alsof je even genoeg hebt van alles,
en niets meer moet.
Nu realiseer ik me pas,
wat jij voor mij betekent,
de pijn op je gelaat staat tenslotte eeuwig getekend...