Je bent er niet,
maar ik draag je in me mee.
Je hoort me niet meer,
maar in m’n hoofd vertel ik je alles.
Je ziet me niet meer,
maar in m’n dromen kijk ik je in de ogen.
Je kan me niet meer voelen,
maar toch raak je me nog.
Mijn verlangen heeft geen stem meer,
maar het blijft verlangen.
M’n handen zijn gebonden,
maar m’n hart niet.
Enkel jij bezit de sleutel tot m’n ziel.
Ik gaf je m’n hart,
dat hopelijk door jou bewaard,
gekoesterd en eeuwig geliefd zal worden.
Je weet, m’n lief,
ik kan niet voor, noch achter.
Het maakt de pijn niet zachter.
Je blijft me lief... onvoorwaardelijk,
onbegrensd door afstand en tijd.
Mis je... nu... morgen... voor altijd.