Herfst.
Langzaam glijden wij
de herfst in
Je merkt het aan de wind en wolkenlucht
nu en dan wat
zonnestralen
Zomer glijdt weg met een zucht.
Dagen krimpen in
het daglicht
bomen kleuren naar hun jaarse groet
’t rode van wat
haagse planten
toont nu al vuurrode gloed.
Kastanjes , eikels
beukennoten
glimmen bruin tussen ’t gele blad
dat deels door wind
Is afgestoten
op het herfstig onderpad.
’t Is de insteek
naar het einde
van een zomergroen tapijt
Vol van charme
In felle kleuren
waar natuur haar schoonheid spreidt .
th