Nu we zo alleen zijn
Verplicht op onze kamer
Wordt de wereld heel klein
Voelen we ons eenzamer
Het verdriet ligt dan op de loer
Hoewel we dat niet willen
Soms lijken we heel stoer
Terwijl wij in de schreeuwende wereld verstillen
Haal dan troost uit deze woorden
Dat ondanks al die narigheid
In de stilte wij u hoorden
U bent niet alleen in deze eenzaamheid
Een knuffel mogen we u niet geven
Of een ander fysiek gebaar
Maar wij kunnen wél met u meeleven
Juist in deze tijd, hebben wij elkaar
Van dit hart naar dat van u
Ook al valt er nu zoveel regen
Er is genoeg ruimte onder deze paraplu
U bent ons zeer genegen
Hoelang dit alles gaat duren
Dat is iets wat ik niet weet
Maar in alle weken, alle dagen en alle uren
Zal ik aan u denken, opdat ik niet vergeet
Dat u er bent
Dat u er mag zijn
Dat uw bestaan wordt erkent
Dat u verdient elk straaltje zonneschijn
Wanneer we elkaar straks weer ontmoeten
Op een dag ver weg of dichtbij
Dan zal dit bitter dat moment verzoeten
Als wij elkaar omarmen en zeggen; ’t is voorbij