De bel ringt
doorheen het gebouw
eindelijk denk ik
en ren naar buiten
Mijn gezicht
begint te jeuken
en mijn ogen
beginnen te branden
Nog even volhouden
ik ben bijna thuis
ik sla de voordeur dicht
en ren naar mijn kamer
Ik val op mijn knieƫn
van de pijn en de jeuk
ik ruk mijn masker af
en haal mijn lenzen uit
Opgelucht sta ik recht
ik neem mijn masker en lenzen
en verstop ze in mijn kast
mijn oog valt op een affiche
Een grijns verschijnt
over mijn verminkt gezicht
ik lees de enige regel tekst
die op de affiche staat
Heeft u dit monster gezien
en onder de regel
staat een foto van mij
toen ik mijn masker niet ophad
en juist op jacht was
Maar ik was veilig
ik had mijn masker en lenzen
en niemand had ook maar de gedachte
dat lieve, zachte, rustige ik
het monster was