Achter de bergen
is een dorp,
zuiver en rein,
waar mijn ziel het
niet kan grijpen,
nog niet.
Daar zijn zielen
die niemand benijden,
gauw tevreden zijn
met wat zij hebben,
en niet op zoek zijn
naar smoesjes
om hun fouten
te rechtvaardigen.
Op ieder moment zijn zij
bezig met iets nuttig
en ieder moment
wordt gewaardeerd en
benut.
Eenvoud en de eenduidigheid
stralen naar buiten toe,
daar de binnenste lagen
in harmonie zijn.
Achter de bergen drinkt men
constant uit de fontein der onschuld
en fluistert enkel de deugden
in elkaars oren.
Achter de bergen staat de oermens
paraat om nieuwe zielen
te begroeten en op te
vangen.
Daar, ergens in de verte
zijn de klanken altijd mooi,
niemand speelt vals.
Daar communiceren
de papegaai en bloemen
met elkaar, daar is hibiscus
aanwezig, de eucalyptusboom
geneest paradijselijk,
en de vijgenboom praat
met olijfboom in het
licht.
Daar is niemand boos,
jaloers en vijandig,
daar is geen oorlog en
wraakzucht aanwezig.
Daar waait enkel
de bries van eeuwigheid,
continu overal.
11-07-2016