Een oase van onrust.
De wind danst op mijn gezicht in het sombere nachtlicht
Sta ik hier voor een publiek aan verlichte lantaarnpalen
Een groot gesuis in mijn hoofd, maar geen geluid buiten, het is stil.
Waar ik aan begonnen ben weet ik niet
Waarom ik somber ben weet ik niet
Waarom ik het leven ontziet weet ik niet
Waarom ik me nou ontwetendheid kan vieren
Ik weet het niet
Begrijp me niet verkeerd, ik ken ook gelukkige dagen
Denk ik dan maar, continu mezelf aan het verdedigen tegen anderen
Ik ben het beu, en de kwelling van maatschappelijke fouten wil ik niet
Maar hier sta ik dan, met al deze gevoelens die staren in het teniet,
Misschien weet ik het allemaal wel beter
Of misschien boeit het me teveel,
De wereld is aan het branden
En niemand die het ziet...
Waarom ik mij zo voel, is iets waar ik geen antwoord op vind
Waarom ik langzamig zwartgallig wordt weet ik niet, de maatschappij die blind ziet
Ik weet dat het wel beter wordt, begrijp me niet vekeerd
Waarom doet alleen voelen dan zo zeer
En waarom wordt ik boos van de zin: het is zoals het is,
Waarom boeit het me zo en is de rest van de wereld verslopen in mist.
Misschien wilt niemand hier aan denken,
Want het is al verduisterd in sluimeren,
En om nog dieper te vervuilen dan dat het al is,
Is een spiegel die niemand wist
Totdat het vuil de verspiegeling stopt
En het niet meer schoon is te krijgen.
En we onder ogen moeten gaan van de feiten.
Ik weet niet waarom ik mij zo voel, alsof het me doet
Ik weet niet waarom ik besloten heb voor dit doel,
Want alles in mijn lichaam is moe en mijn botten willen rusten
Sluimerend in gedachtes van rust en niet rusteloze onrustes.
Begrijp me niet verkeerd als ik zeg wat ik zeg
Maar luister goed, de wereld is verloren in het echt
We gedragen ons hoog en sterk,
Maar mijn voeten staan in de groom als een boom, geworteld werk
Ik zou willen dat ik mijn onrustes kon veranderen
Zodat ik mij kon accepteren in de golf van acceptatie
Maar voor nu zal mijn ogen open staan
En verbitteren in realisatie.