Ik had jou zo graag nog willen vragen
waarom je mij zo snel vergeten bent,
ik kwam je laatst nog tegen
maar je hebt mij totaal niet herkent.
Je kwam in mijn leven,
zomaar ergens vandaan,
het was laat, toen in Centraal
toen ik jou op dat perron zag staan.
Je leek toen zo hulpeloos
en je keek zo om je heen,
je zag mij toen ik naar je keek
toen bij jou een glimlach verscheen.
Ik liep naar je toe,
pakte jouw koffer en gaf jou mijn arm,
we liepen samen naar buiten,
de avondlucht was broeierig warm.
Je had geen adres
maar wilde wel met mij mee,
ik vond dat wel spannend
en pakte lijn twee.
Je was naast mij, je lag in mijn armen
in die mooie heldere nacht,
in jouw mooie grijsblauwe ogen
zag ik toen niet wat jij dacht.
Ik voel nu nog steeds jouw warmte
toen jij je aan mij gaf,
had ik toen maar meer geweten
denk ik nu achteraf.
Ik werd verschrikkelijk verliefd,
was geheel in jouw ban,
want jij speelde jouw spel,
geheel volgens plan.
Je plukte mij leeg,
geleidelijk en goed,
en toen er niets meer over was,
vertrok je zonder groet.
Ik las zonet jouw doodsbericht,
gestorven aan AIDS,
het ging blijkbaar niet goed
met een van jouw dates
Hij gaf jou geen geld
hij bracht jou de dood,
nu weet ik het, toen in Centraal
kwam je regelrecht uit de goot.