ALTIJD JIJ LORELEI
Als ik de tijd voorzichtig
in een Romeins flesje
van brokkelglas kon doen
waarschijnlijk zeegroen
en hard genoeg kon vallen
in stukjes en splinters
verschijn ik toch heel
onaangetast op dezelfde plek
Verwacht dan wel van jou
dat je me zal herkennen
daar waar jij mij verloor
zo niet, spoel ons dan door
die jij vergeten wil
roestbruin in onvermoede pijpen
sepia als jij dat liever hebt
zo niet spuit dan de oren uit
Laat je ogen een bad nemen
in een borrelglaasje water
jij zult zien wat jij vermoedde
mijn ogen in een onbekend gezicht
Als je met een vinger in mij prikt
voel je hoe slank ik ben gebleven
als een veer zo licht, dwarrelend
omhoog in de wind zonder gewicht