De mist, de wereld in nevelen gehuld.
Zo voel ik mij van binnen ook.
Mijn hart, het voelt zo bezwaard.
Je hebt iets wat ondefinieerbaar voor
mij is, waar ik mijn vinger niet op leggen kan.
Mijn ziel is vertroebeld, ik zie de dingen niet
helder, niet zoals ze zijn. Mijn voorhoofd is nat,
en mijn haar hangt in slierten langs mijn gezicht.
Je ziet geen hand voor ogen maar je moet door,
om daar te gaan waar je moet zijn. De mist begint
op te trekken, de wereld wordt weer zichtbaar.
Ik neem mij voor om te vragen waar we staan, want
ik wil duidelijkheid. Ik vraag het en je zegt dat
je mij bijzonder vindt en dat je nog nooit hebt
gevoeld wat je voor mij voelt.
De nevel in mijn hart begint te verdwijnen,
De troebelheid in mijn ziel lost op,
ik zie de dingen weer helder, zoals het moet
zijn, ik ben blij en voel mij verlicht.
In mij is een nieuwe vlam ontstoken, de vlam
van passie, de vlam des levens. Ik ben dankbaar
dat dit mij is gegeven, pure en echte liefde.
Onaangetast en rein, niet aangeraakt, helder,
zonder tussenkomst van anderen, zo moet het zijn.
Samen staan we sterk, we blijven in elkaar geloven,
ik hou van jij en jij van mij, niets zal onze liefdes
vlam kunnen doven