De nacht
—————
Als de pen opgenomen wordt,
en we schrijven, met ons hart.
Een eindeloze stroom aan woorden,
vloeiend op papier,
dromend, van ons eigen leven.
En we pennen over plezier, de liefde,
verdriet of eenzame momenten.
Verloren dagen en gewonnen minuten,
of die luttele seconden,
die onze hele dag bepalen.
Smachtend naar oude gewoontes,
als een sigaret.
In het passeren van die rokende man,
wetende, dat het slecht is.
Dromen van dat ene drankje, op café,
begrijpende, dat dat nu niet kan.
Ik weet wat het betekent, zou kunnen zijn.
Woorden vloeien als een ware agressor,
overvloedig over de lippen der gewoonte.
En ik zou willen schrijven over de liefde,
maar het gevoel, het gevoel is zoveel meer .
Eenzaamheid omarmt me, wetende,
dat vandaag niet beter is dan morgen.
En uiteindelijk sta ik alleen, aan de rand,
die rand, ik niet kan beschrijven, noch verklaren.
De rand, die het einde van dit tijdperk luidt.
De boord, die zachtjes fluisterend moed inspreekt,
mij vraagt de stap te nemen , zonder angst,
naar die donkere leegte erna.
Een leegte, die ik niet kan omschrijven,
maar misschien wel die rust brengt,
waar ik zo naar smacht.
De nacht.