het bestaande, nog niet verstreken thuisuniversum
de sterrenhemel met veilige dorpshaven
het aanslepen van boodschappentassen
hernieuwde scheelheid van staren naar de muur
tropische vissen uit paarse meren
ogen achter glazen oogkassen, verloren pinpassen
het dragen van niet-wetenschap, volledig bij kennis
steen, te zacht voor handen
ziel, te kleinbehuisd en onvermijdelijk
begonnen als reis, dagelijks enigszins voortgezet
gezeemde ramen
het afleggen en stilstaan, uur na uur