Het zit 'm vaak in piepkleine dingen waar ik van ga zingen
Een plotselinge stembuiging geeft onze liefde ontremming
Knipoog met de traagheid van maanlicht is waar ik voor zwicht
Tijd staat stil bij je bloedstremming, vol plotse ontroering
Je aai over mijn wang vertraagt als je tederheid erom vraagt
Je zachte zucht als ik iets zeg, geeft je verlangens lucht
Je diepste vertrouwen behaagt als eindeloos geduld vertraagt
Gerucht van de haat is dat ons hart altijd hiervoor vlucht
Duikplank van risico's, onze starre rechtlijnigheid loopt mank
Onze diepste gedeelde wonden hebben genezen geluk hervonden
Bad staat blank van je tranen, geven ons liefdesleed klank
Alleen wij zijn wezens die elkaar altijd verstonden en elke levensbedreigende miskraam van moederkoeken hebben ontbonden