Een vrije geest ruist eb en vloed
zinkt diamantschitters van lichtwege
over zee, vleugelt met getijden mee
naar dromerig ver valt conditionering
van minder en eens te meer te vinden
onthecht, oprechte boek zonder lering
en droom lonkt teder kroongebladerte
stilvriendelijk wuift groen toegenegen
evenwichtig thermiek van vogels, mystiek
of zij weet hebben van onvrije tranen
onnodig bloedvergieten, wiekt een zegen
geschakeerd vrij fladdert vlinder tegemoet