Je ziel is puur,
Maar je word
vervulgefigueerd
Met je lichaam,.
Je wordt
gecremeerd
In vuur,.
En vernieuwd
Waar je ziel
het lichaam
gewild invaart.
Van nacht gedigt
En naar licht verlicht.
Je verandert
in een ander opzicht,
En wilt vertrouwen
van een ander oog.
Een doornemingssproces
Die je doorloopt.
En waarwaar je
Het andere oog
je gedacht
In laat lezen.
Je bent
uitgedoofd
Van het vorige
Perspectieve
Leven.
je was vergeten
Dat ruimdenkendheid
Nog niet was
uitgeverst.
Je word door
Een genetische
Stroom
Voortgeleefd
Bij wie de
verandering
Ondenkbaar
was.
vervreemd
Onherkenbaar
Als een geest
Ga je de andere begeesten.
Je leert,
Je creƫert
een zuiverder
Geweten.
Maar misschien
Word je daarna
De vervuiler
Van mensen
Hun goede
geweten.
Hoeveel vertrouwen
Zullen ze je toewijzen?
Alleen wanneer
je het goede Zal
bewijzen?
En doorgeven?
zijn de flaws
Niet te vergeven?
Mag je alles
doorbrainen?
Of zijn we gemaakt
Alles te begrijpen?
En door te nemen,
En te voelen?