Gekweld via het verleden,
dat een schaduw werpt op zijn geweten.
Zoekt hij de antwoorden op zijn vragen,
in een fles rode wijn..
Hij kijkt er wezenloos naar
alsof deze zal discussiƫren
met zijn onafgewerkte gevoelens
van haat en afschuw voor zijn daden.
De verslaving smaakt zoet
en zijn aard gebiedt hem steeds meer.
De pijn in zijn hart is niet te torsen
en weegt zwaar op hem.
In een roes, geschonken uit de fles
neemt hij zijn laatste slok.
Waardoor hij zijn waarden
voor het leven verliest.
Een schim trekt over zijn netvliezen.
Zijn oogleden zijn krachtloos geworden.
Worden zwaar en oncontroleerbaar.
Ze vallen dicht om nooit meer te zien.