De koningsmantel
Er was eens een koning, die dacht dat hij zijn land alleen maar goed kon regeren als hij een mooie mantel droeg. Alle kleermakers in het land kregen de opdracht om een prachtige mantel te maken. Degene, die de mooiste mantel had gemaakt, zou een grote beloning krijgen.
Het werden prachtige fluwelen mantels. In allerlei kleuren, pauwblauw, scharlakenrood, zonnegeel en versierd met gouddraad en parels.
Maar één mantel viel op. Het was een gewone, eenvoudige mantel, gemaakt van een saaie grijze stof, zonder versieringen.
De koning vroeg verbaasd, waarom deze mantel niet mooi versierd was.
De kleermaker zei, dat het niet aan de mantel lag of het land goed geregeerd zou worden.
Rechtvaardigheid, eerlijkheid en begrip voor al zijn onderdanen zou van de koning een goede koning maken.
Toen de koning hierover nagedacht had, vond hij dit zo’n wijze opmerking, dat hij de kleermaker, die deze eenvoudige mantel gemaakt had, de beloning gaf.
Tijdens zijn lange regeerperiode dacht hij vaak terug aan de woorden van de kleermaker en hij probeerde zijn land zo goed en zo rechtvaardig mogelijk te regeren.