In mijn taal kan ik zo gedachten uitwerken
dat ik ze zoals op deze schriftelijke weg
te kennen geef.
Laat onze gescheiden oevers
hun stemmen vermengen
in een zeewijds lied
van onpeilbare droefheid getrokken,
tot roemrijke gevoelens herschapen.
In voorbijgestreefde nachten
zag ik opbouwende dromen,
ze leken wel op uitspansels van sterren,
eindeloos opgeklommen voor aardse morgenglorie
en door schoonheid glimlachend
in de begrenzing
van een bloemenknop ontloken.
Maar ik beleefde het
met een hart van zoete onvoltooidheid.
Ook in deze tempel van sterrenschijnsels
wachtte God op de mens,
die Hem zijn lamp brengen zou.
Het is Zijn Licht,
mijn beste mensen
dat de duisternis
als Zijn gade omwille van de schepping
mij doet inzien dat alles zijn tegengestelde bezit.
Het is een geloof in wederzijdse bekommernis,
wachtende in ieders hart en ziel,
zoals een zaadje,
dat beloven kan
een wonder
van leven te scheppen .
Leuk
Opmerking plaatsen
Schrijf een opmerking…