Weggebeend
Een eend zwom in het natte struweel
zonder gekwaak of enig gekweel
maar ’t duurde niet lang
want ze werd plotseling bang
een Waterhoen vloog er snel en laagpeddelend achteraan
je had ze moeten zien gaan
de eend vloog snel luid kwakend heen
een tweede volgde meteen
dat een kleine hoen
zoiets kan doen
het ook maar durft te wagen
zulke grote eend weg te jagen
wellicht een primaire ingeving
ze beschermde haar nestomgeving
en dat zag ik voor mijn neus gebeuren
in geuren en kleuren
een nieuw natuurbeleven
werd in mijn brein geweven
en zo schrijf ik hier enthousiast
dat de natuur me telkens weer verrast