Ouderdom
Het oude begijntje
hier en daar een pijntje
maar geen gezeur
geen slecht humeur
begon ieder dag
met een brede lach
aanvaardde de jaren
en liet zorgen varen
werd niet cynisch
noch kritisch
berustte en liet begaan
bleef enkel bij het goede stilstaan
ze aanvaard het leven
dat ze mag beleven
kijkt met een heldere blik
maar maakt zich niet dik
en ’s avonds, in bed
steeds een gebed
waarin ze dankt voor al de jaren
die ze al mocht vergaren