In de schaduw van hoge torenflats,
ooit zo levendig en warm,
verdwijnt meer en meer de oude sfeer,
zo verliest Den Haag veel van haar charm.
Waar ooit de straten zongen,
elk gevuld met lach en lied,
heerst nu vaak ‘n kille stilte,
of een rauwe stampende beat.
De pleinen, eens bruisend,
nu verlaten en ledigheid alom,
gebouwen van louter glas en staal,
torenhoge kaalheid in de glom.
De warmte van de mensen,
Toonde de ziel van de stad,
verdrongen door moderniteiten,
wat blijft ‘n saai afstandelijk pad.
Waar kinderen speelden,
in parken vol groen,
staan nu grijze hoge blokken,
zonder leven, zonder blazoen
In de schaduw van verandering,
schuilt een sprankje hoop.
Dat warmte en leven, terug zal keren,
de stad weer zal juichen en zingen,
en zo ”levensvreugd” zal genereren.
Hedro 20250310