Als je oud zal zijn,
en de avond valt,
het vuur zacht knettert
met laatste vonken in de haard,
denk dan terug
aan hoe mensen naar je keken,
om je lach,
de glans van je oogopslag,
de rankheid van je gestalte.
Ja, de mensen hielden van jou
omdat je jong was
en stralend,
zo helder als het licht.
Maar één iemand hield van jou
om wie je was van binnen,
om het verhaal achter je ogen,
de stilte
die je soms omringde,
de lijnen
die kwamen met de jaren,
met hun verhaal
van verdriet en kracht.
En als je voelt
hoe liefde zich verborg
in de nacht,
ergens hoog
tussen ontelbare sterren,
denk dan
de herinnering
aan iemand die zag
wie je echt was,
en daar van hield.