aan het eind van de straat staat een moeder,
die paniekerig op haar kind roept.
ze word hysterisch, de arme loeder,
ze begint te huilen en vloekt.
net nog stond het meisje naast haar,
en ze reikte haar de hand.
maar deze werd afgeslagen met een wild gebaar,
de auto kwam en niemand trok haar aan de kant.
piepende banden,
weerklonken door de buurt,
een paar grijpende handen,
en een buurvrouw die door een raampje gluurt.
de moeder laat zich op haar knieën vallen,
en begint te praten tegen het kind.
niemand gaat hen helpen, geen van allen,
niemand die dat nodig vind.
de weg kleurt rood van het bloed,
en in de verte weerklinkt een sirene.
de moeder weet niet wat ze doen moet,
of hoe ze een eind kan maken aan deze scéne.
plots opent het kind haar ogen,
en vraagt: "mama, ben ik nu stout?"
de moeder begint te snikken
en zegt: "neen mijn kind, het is allemaal mijn fout!"
de ziekenwagen komt aan,
dan zakt het meisje weg.
verdwaast gaat de moeder staan,
en gaat de verplegers uit de weg.
maar de hulp komt te laat,
het meisje haar ogen vallen toe.
er is nu niets meer dat nog baat,
het kind komt niet meer bij, ze is te moe.