Dringend door de massa zie je me staan,
ik merk je ingehouden adem,
en kijkt me seconden lang doordringend aan.
Ik sla mijn ogen neer,
mijn hart tikt sneller voor seconden.
let niet op wat er om me heen gebeurt,
ben alleen door jou gebonden.
Mijn benen voelen aan als lood,
kan even niets meer bewegen.
Mijn wangen kleuren langzaam rood,
en ik wordt op slag verlegen.
Je schuifelt naar me toe,
met je ogen naar de grond gericht,
je haar hangend voor jou ogen,
eigenlijk gewoon geen gezicht.
Toen jij me belde,
ik had het niet meer,
bedacht me later ons gesprek, keer op keer.
En nu sta je voor me,
net weer als een heel klein kind,
dat voor het eerst een leugentje verzint.
Je kijkt naar me op,
ik zie je grote bruine ogen,
en vraagt eindelijk na die lange twijfelende tijd,
zou ik deze dans van je mogen?
Ik zwier in je armen,
voel me de prinses van het bal.
En dan in een keer,
alsof je de onzekerheid van me stal.
Ik voelde je lippen,
kronkelend, kruipend om mijn mond.
En dan loopt de wekker af,
het is weer maandag, en godverdomme die slijmende hond
Smascha