Ons land van rozen waar we ooit genoten,
door soldaten van koning Woede kapotgeschoten,
geen roos meer te bekennen,
waar mensen nog alleen kogels kennen.
Tussen aan stukken gereten mensen,
zoekt een Elfje wanhopig naar vervlogen wensen,
van al haar mooie, roze dromen,
is er niet één ding terechtgekomen.
In de plaats is er een onmenselijke pijn,
omdat het volgens oorlog maar beter zo kon zijn...