Gelijk de bloem ontwakend uit de kou
Verjaagd van schaduw schaduw laat ontstaan
en uit het bloemenbed wil opengaan
om kleur te mengen met het prille blauw
Zo kleur jij harten met je tandenlach
En verf je schaduw in het zongezicht
Plezier is synoniem voor jouw gedrag
Gelijk de bloem verguld met ochtenddauw,
opbloeit met kraaien van de vroege haan
En op het ritme van het windgeslaan
En stralenklanken hevig dansen zou
Zo bloei jij sterk in kunstig zonnelicht
De drang tot dansen heeft het hoogst gezag
Totdat het feesten voor de tijdsdruk zwicht
Gelijk de heerster op de bloementroon
Het geelgezicht geroemd om stralenkracht
Genaamd en lijkend op de hoogste pracht
Een gouden hart getooid met gulden kroon
Zo glans jij, klein gestalte maar zo fijn,
Je haar en naam gelijken ook op goud
Je moet geboren zijn door zonneschijn
Gelijk de bloem, het bijenvolk gewoon
Het vrolijk zoemen van het dier dat smacht
Naar buit in zijn geliefde honingjacht,
Geniet je van de blije bijentoon
Zo komen bijen naar je stralenmaud
Het oog herkent wat mooie bloemen zijn
En jij komt zeker uit het beste hout
Heel zachtjes vlieg ik rond de zonnebloem
M’n rustig hart geniet en lijdt door jou
Jaloers beluister ik het bijgezoem
Ik ben een vlinder, niet een zoetekauw
Van verre schenk ik jou verdiende roem
En wacht stil hopend tot je mond zich kromt
En zacht mijn naam in zoete klanken komt