Op een bankje zit een meisje te huilen.
De tranen rollen stilletjes over haar wangen.
Om daarna te eindigen in een grote drup op de grond.
Haar nieuwe fiets is gestolen.
Wie doet nu zo iets?
Zo iets afschuwelijk lelek!
Een klein meisje zo droevig maken,
waar ben je dan met bezeg?
Haar vertrouwen is geschaad;
het vertrouwen in de mensen!
Spijtig dat we het altijd zo moeten inzien,
maar we kunnen dat niet meer hechten!
Dat gat zal nooit gevuld worden!
Ook niet door een nieuwe fiets.
Nee,
helemaal door niets...