Twee van de zes
Een kleinkind is iets geweldigs in mijn leven
Het zijn er totaal zes, die me zijn gegeven
Als ik kijk naar hun stralende lach
En besef dat ik daar van genieten mag
Verdwijnen even de scherpe kantjes van mijn pijn
De pijn dat ik niet bij alle zes de kinderen kan zijn
Twee van de zes ben ik kwijt door een communicatieprobleem
Maar ook daar moet je als moeder en oma doorheen
Het leven is snel en haastig, we moeten verder gaan
Krijgen vaak niet de tijd om even bij de problemen stil te staan
Het lijkt misschien voor een ander niet zo’n zwaar probleem
Maar voor de betrokkene drukt het op je hart als een steen
Het gemis slijt nooit, maar er is altijd in mijn hart
Een plaatsje voor deze twee apart
Ik hoop dat nog vóór mijn laatste levensdagen
Deze twee kinderen eens naar hun oma gaan vragen.
Geschreven voor Rowenna en Ricky
Oktober 2002