De hersenen
Vluchtige luchtlagen
Tussen de gedachtestroom
Van niets.
De vervloekte ziel
Vindt geen rust,
Zelfs niet de liefste
Jaagt de lege schaduw terug.
Bloed voor de ogen
Als je de schoonheid bewondert
Want God versta me,
Ik hou zoveel van je
Dat het pijn doet.
Voor jou ga ik op weg
Over het pad des wanhoop,
Maar deze is oneindig voor mijn ziel.
Ik kan niet zeggen
Ik hou van u,
Wanneer het hart
Dat u begeert
Zwart ziet van de zonde.
Als Jezus van Nazareth
Draag ik voortaan het Kruis.
Ik eet noch slaap noch praat
Vergiffenis stroomt voorbij
Zoals mijn verdoemde leven.
Ik smeek noch vraag noch roep
Enkel geef
Als men nog aan wilt nemen.
Ik groet de sterren
De maan de zon
En was men handen in de regen.
De orkaan woedt enkel voor mij.