Ik dans,
op de tippen van mijn tenen,
in het korenveld wat verderop.
Mijn witte jurk danst met me mee.
Mijn losse haren zwieren rond,
zich van geen kwaad bewust.
Mijn schoenen liggen wat verderop
jaloers toe te kijken...
Er fietst iemand voorbij,
ik kijk verschrikt op,
iemand sttort me tijdens
mijn eindeloos spel met de wind.
Jij bent het.
Ik glimlach en
maak nog een pirouette.