Hij staat in de vuilnisbak naar zichzelf te zoeken
Gewoon een doordeweekse dag
Zonder klanten, zonder krachten
Verzonken in de berg condooms van gisternacht
Zijn ziel verkocht
Zijn geslacht verkracht
Vijftig kilo schoon op de straat
Vrezend voor de nacht die komen gaat
Ik breng hem mijn dagelijkse praatje
Hij verspreidt gemompel in de richting van mijn mond
Hij is alleen, een schandknaap heeft geen maatje
Nacht, het donker komt pijnlijk aan hem trekken
Zijn dromen verdronken in bloed en zaad
Er is maar één ding waar hij om vraagt,
wat hij nodig heeft en niet grondig haat
De lucht die hij inademt, die zijn verstikking ontmaagd