2^e Paasdag Sprookje

De wolf en de zeven geitjes

Zeven geitjes en hun moeder

en de wolf, dat vreselijk loeder

maken van dat sprookjesverhaal

dat ik een beetje stevig baal.

Iedereen kent het verhaal zo ongeveer

Maar ik geef een andere versie weer

Want zoals het in ’t echt is gegaan,

zal niet in één sprookjesboek staan

Het ware verhaal van de Wolf en de Zeven Geitjes

Sprookje *

1

Er was eens één moeder Geit met zeven jongen

DAT…waren rotzakken….tjonge, tjonge, tjonge

Zij had meer als haar handen vol

Kreeg er de balen van, het werd haar te dol

2

Met een smoes zei ze: ‘ik moet naar het bos

wat eten zoeken tussen het mos

Maar wat die Geit in werkelijkheid deed

DAT, is nu juist wat niemand weet

3

Ze naderde voorzichtig de Wolf zijn stede

Riep op veilige afstand: ben met mijn blagen ontevreden

Vreet ze op, ze zijn nog mals, goed te verteren

IK, zal je het foefje van binnenkomen leren

4

Het kwijl met straaltjes liep uit Wolf’s bek

Voor Wolven normaal,volstrekt niet gek

Voelde zich met haar wijze raad gedreven

Toog op pad, met hapklare luim voor zeven

5

Met zijn witte poot, klopte hij aan de deur

Ik ben: (met verdraaide stem) je moeder heur!

De Geitjes, (de deur op een kier) zagen allang:

’t is de Wolf, en voor de duvel niet bang

6

Welnee,…ze sprongen alle zeven

als gekken naar de deur, en heel even

dacht de Wolf..ik ben goedgekeurd

Heel even maar…en werd toen…met een

touw om zijn nek naar binnen gesleurd

7

Wat er toen afspeelde is meer dan vreselijk

Het was niet eens normaal beestelijk

Het was bij de wilde gore mensen af

Echt waar…zo onstellend…gruwelijk laf

8

De kleinste van de smiechte geiten

Begon hem in de staart te bijten

De oudste speelde riddertje en riep luidt:

Ik prik hem allebei z’n ogen uit

9

Nummer twee leek een keurig ventje

Maar dat was een etterig krentje

Want deze ramde op Wolf’s  kop,eerlijk waar,

met een zware hamer op zijn pas gekamde haar

10

Nummer drie, ook zo’n olijke knul

Hield in ’t geheel niet van flauwekul

Worden oren overal en altijd aangenaaid:

hij heeft ze met een tang er lustig afgedraaid

11

Nummer vier deed het wat kalmpjes aan

Heeft wat stroom in zijn gatje gedaan

En hoe de Wolf ook brulde en gilde,

ze dansten om hem heen als complete wilden

12

Nummer vijf moeten we zeker niet vergeten

Want die heeft heel wat op zijn geweten

Deze knaap greep een akelig scherp lang mes,

en gaf een interessante operatieles

 13

De Wolf zijn buikje werd opengesneden

O, de Geitjes keken lang niet ontevreden

Nummer zes mocht toen

twintig straatstenen in zijn buikje doen

14

Nummer zeven had handen staan wrijven

( we moeten het verhaal ook niet overdrijven )

Hij gunde de Wolf zijn “welzijn en leven”

Heeft de krukken van Oma aan ’t Beestje gegeven

15

De rest wordt U bespaard

Waggelend liep hij weg, geen stuiver waard

En weet je: zonder ogen en oren,

kun je het verkeer niet echt zien of horen….

 16

DIT..is het WARE..echt zuivere verhaal

Dit is effe andere, heel andere taal

Maar dacht je het te vinden in boeken

Staat er niet in. Je hoeft niet te zoeken

17

Nog even over Moeder de Geit

Die heeft heden ten dage nog spijt

Ze leefde nog ongelukkig en lang

Niet meer voor de Wolf, maar

voor haar eigen blagen bang.

 18

Zo is het verhaal echt waar gegaan

Maar in het volgende gaan de blagen eraan

Volgende Sprookje*  (geschikt voor boven de 20 jaar)

Er was eens een Geit, moest doorgaan voor moeder

Maar mensen, dat was toch zo’n verschrikkelijk loeder

Ze…( wordt vervolgd)

willemmien