We lopen vrolijk op de dijk,
slalommen speels tussen de plassen heen,
en wanneer ik plotseling zie hoe je naar me kijkt,
sla ik liefdevol mijn arm om je heen.
We dalen nu van de trappen,
en komen aan op het weidse strand,
daar gaan we lekker lucht happen,
terwijl we huppelen hand in hand.
We blijven op een golfbreker staan,
en horen het ruisen van de zee,
onze oogjes kijken elkaar liefjes aan,
zo hemelsgelukkig en zielstevree.