WARE WOORDEN.
ware woorden voor iedereen.
waar ik het echt mee meen.
waar zijn die ware woorden.
nou gebleven,
iedereen nam ik in vertrouwen.
iedereen gaf ik mijn woord.
van trouw.
maar die ware woorden.
zijn niet echt gebleken.
jullie namen mijn niet.
trouw.
maar die ware woorden.
zij ik tegen mijn vriendin.
en die zij trap er niet.
meer in.
enze heeft gelijk gekregen.
ieder behoort naar eigen te,
leven.
en nu leef ik voor mijn.
gezin en kinderen.
en vrouw.
die mijn woorden serieus.
nemen en zijn trouw.
en voor mijn dochter.
en haar man en kind.
die zeker ware woorden.
van mijn vind.
nooit liegen tegen elkander.
altijd eerlijk zijn.
tegen elkander.
ware woorden heel erg .
trouw.
zeggen tegen mijn gezin.
ik blijf jullie trouw.