Het schreeuwen van mijn hart.
O hoe graag zou ik
willen schreeuwen,
om wat jij hebt gedaan.
Je haten in woorden,
ja zelfs aan iedereen laten zien,
hoe je met schoonheid omgaat,
hoe je met betonnen voeten
op mijn bloem ging staan.
O hoe graag zou ik
ruimte schreeuwen voor mijn hart,
maar het lukt me niet.
Gesmoord in een soort warmte,
die jij helemaal niet verdiend.
Mijn schreeuw wordt liefde,
zomaar, ik kan niets doen.
Woeste, warme, zachte vreugde
met een ongelovelijke kracht.