eens zou ze alleen
anders hij misschien
leven van herinnering
onder een dikke dons
in een hoge, koude kamer
de lente met een koolmees nest
zou niet meer komen
hoe koud zijn naakte lichaam was
hoe zij warmte verspreidde
op hem kroop en hem geleidde
zachtroze de ochtend
zijn penseel in de hand
schilderde hij het roze
van blanke babybillekes
dat zo moeilijk te vinden was