de sporen van tranen,
die zich een weg naar benee banen
zijn nog te zien op haar wang
waarvoor is ze toch zo bang?
de rode ogen
schokkend van t huilen heeft ze bewogen
ze slaapt; eindelijk weg van alle pijn,
kon het maar altijd zo zijn
in haar dromen is alles goed
weet ze precies hoe ze normaal leven moet
maar eenmaal uit bed lukt het niet meer
het mislukt, keer op keer
haar wangen; nat van het huilen
kan ze ooit ergens met haar verdriet schuilen?
ze luistert naar de wind door de bomen
zal ooit nog alles goedkomen?
plotseling herken ik iets
misschien zegt t wel helemaal niets
dit heeft op mij geleken
en ik weet dat ik in de spiegel heb gekeken
ik zie nog hoe jij alles deed
ik weet dat ik dit nooit meer vergeet
ik had dit nooit moeten laten gebeuren
dit is gewoon niet goed te keuren