Dit wonder is van mij, van mij alleen.
Dit kind is echt en beter dan in dromen
en kan slechts mij hier overkomen.
Vandaag ga ik naar buiten lopen overal
en onbekenden op café tracteren
of geld spenderen in een tournée générale.
Van nu af aan zit het vooraan:
op alles heeft dit kind een klare kijk.
Het duwt ons vrolijk aan de kant,
gewoon perfect en overbodig tegelijk.
Dit leven is de zin van ’t leven
en kan de koude kikker
die ik somtijds heet te zijn,
als ik alleen ben, stil doen beven.
En toch is het van mij, van mij alleen
en kan het niemand anders overkomen:
Dit kind is echt en beter dan in dromen.