Ik wou dat als ik thuis kom jij nog op me zatte wachten, maar nee, helaas. Jij bent weer naar huis vertrokken. Alleen zonder mij. Ik mis je ook al ben k nog maar net zonder jou. Ik wil bij jou zijn. In je armen liggen. Ik wou dat we altijd samen konden blijven en ik je nooit meer hoefde te missen.