Grenzeloos verlangen
Voelbaar naakt sta ik in de ruimte
en kijk naar de man die voor me staat.
Ik herken hem uit de sprookjes,
die mijn moeder vroeger voorlas;
enge verhalen die altijd
op een bloeddorstige manier eindigden
en waar ik steeds weer naar verlangde,
net zoals ik nu verlang naar de man
die op het punt staat om me op te eten.
Hij kleedt me uit met zijn ogen,
terwijl zijn hongerige blik mijn lichaam onderzoekt.
Als een sappig stuk vlees dien ik mezelf aan hem op
in de hoop dat hij me vol hartstocht zal verslinden.
Zijn klauwen zetten zich vast in mijn blanke, weke huid,
uit mijn hart stroomt bloed dat hij gulzig tot zich neemt.
Het rode vocht vult zijn hart met liefde.
Dankbaar aanvaard ik mijn lot als zijn prooi.