Schuilend onder jouw vleugels,
kruip ik tegen je aan…
Je handen strelen door m’n haren,
fluisterend zeg je mijn naam…
Met één vinger til je m’n hoofd op,
en kijk je me doordringend aan…
M’n neusvleugels gaan trillen,
uit m’n ogen rolt een traan…
Schuilend onder jouw vleugels,
neem je me mee door dit leven…
Zie je al m’n verdriet en pijn,
veel kan je niet doen…
Je bent een engeltje in de hemel,
waar ik nog niet mag zijn…
Ik wou dat ik met je kon ruilen,
en jij weer dat stralend zonnetje kon zijn…
Schuilend onder jouw vleugels,
zal je me de weg tonen, die ik ben verloren…
Ik weet dat je me zal beschermen,
dat je zal zorgen dat ik genees…
Jij bent een klein engeltje,
die voor altijd verder in me leeft…