Het bestaan.
In het glooiend landschap,
zag ik je staan.
Daar was jij.
Niemand wist van jouw bestaan
zodat je nergens werd gemist,
in een van de databases
Je kwam op mij toelopen.
Ik omhelsde je,
voelde jouw tranen tegen m'n wang.
je warme handen die mij streelden.
Jij die voor de wereld niet bestond,
nam mij mee en toonde mij
moeder aarde.
We brachten samen maanden lang
door tegen haar huid.
We namen ons bad in de warme golven,
aten bessen van de dag,
wortels noten en zaden.
Jij leerde me hoe alles groeit en waar.
en wanneer.
Totdat een olievlek zich uitstrekte
en ons bad en eten bedekte
en onze huiden deed barsten,
en naar adem liet snakken.
Niemand wist van jouw bestaan.
Ze vonden alleen mij .
Op het strand van het paradijs.
Ik kwam bij op intensive care,
ijlend over moeder aarde, jou en ons paradijs.
De dokter gaf een kalmerend middel.
Hij dacht aan een shock.
Nog regelmatig droom ik,
over verloren paradijzen,
en hoe het zou kunnen zijn.
Hoe het had kunnen zijn.
In gedachten omhels ik jou
keer op keer.
ReBelle